Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

15 JULI 1990. - Koninklijk besluit houdende toekenning van een subsidie van 23 miljoen frank aan het BCHV (Belgisch Comité voor Hulp aan Vluchtelingen).



Inhoudstafel:


Art. 1-4



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Een toelage van drieëntwintig miljoen frank aanrekenbaar op artikel 52.33.23.24 van de begroting van het Ministerie van Volksgezondheid en Leefmilieu voor het begrotingsjaar 1990, wordt toegekend aan het Belgisch Comité voor hulp aan Vluchtelingen met als leden : Hulpverlening aan Ontheemden, het Belgische Rode Kruis, Internationale Liberale Solidariteit, de Joodse Sociale Dienst, de Vluchtelingendienst van het Oecumenisch Protestants Sociaal Centrum, de Sociale Dienst van Socialistische Solidariteit, het Internationaal Hulpbetoon Caritas Catholica, en aan Coloch, Thuislozenzorg Vlaanderen en de " Association des Maisons d'Accueil ".
  Deze toelage heeft tot doel de kosten van bijstand te vergoeden verleend aan kandidaat vluchtelingen die in uitvoering van artikel 71 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de OCMW's een beroep hebben ingesteld bij een provinciale beroepskamer omwille van een weigering tot steunverlening door een bevoegd OCMW. Worden eveneens vergoed de kosten van bijstand verleend aan kandidaat vluchtelingen die voor een tijdelijke opvang doorgestuurd worden door het Klein Kasteeltje.

Art.2. De uitbetaling van de toelage zal gebeuren in de vorm van maandelijkse stortingen na voorlegging van de verantwoordingsstukken van de uitgaven, die binnen de grenzen moeten blijven bepaald in artikel 11, § 1 van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de commissie van openbare onderstand en in het ministerieel besluit van 20 mei 1983 ter toepassing van artikel 11, § 2, van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de commissies van openbare onderstand.

Art.3. Deze organisaties verbinden zich ertoe, ingeval zij een beroep doen op deze toelage, de Staatssecretaris voor Maatschappelijke Emancipatie maandelijks in te lichten over het aantal en de nationaliteit van de gesteunde personen evenals de modaliteiten van de toegekende steun.

Art. 4. Onze Eerste Minister en Onze Staatssecretaris voor Maatschappelijke Emancipatie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.