Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

9 MEI 1989. - Ministerieel besluit tot bepaling van de modalteiten en de periodiciteit waaronder de laboratoria voor klinische biologie aan de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering de gefactureerde bedragen dienen mee te delen. (NOTA : Bij arrest nr 58397 van 23 februari 1996 (IIIe Kamer) (B.St. 28-08-1996, p. 22813) heeft de Raad van State dit Ministerieel Besluit vernietigd)



Inhoudstafel:


Art. 1-8, N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. De laboratoria voor klinische biologie delen aan de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, Tervurenlaan 211, 1150 Brussel, het bedrag mee, volgens het model in bijlage, van de verstrekkingen inzake klinische biologie bedoeld in artikel 3, § 1, A, II en C, I, artikel 18, § 2, B, e en artikel 24 van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering, verleend aan niet in een ziekenhuis opgenomen rechthebbenden.

Art.2. Voor elk laboratorium heeft die mededeling betrekking op de verstrekkingen die het zelf heeft verricht, onafgezien door wie ze, in het kader van de verplichte ziekteverzekering werden gefaktureerd.

Art.3. De verstrekkingen inzake de in artikel 1 vermelde klinische biologie die overeenkomstig de reglementering inzake verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering zijn gefactureerd, worden uitgesplitst naargelang ze zijn gefactureerd in het systeem van de betalende derde dan wel in het systeem van de betaling door de patiënt.

Art.4. In het systeem van de betalende derde worden de bedragen ten laste van de patiënt niet opgenomen. In het systeem van de betaling door de patiënt worden de gefactureerde bedragen uitgesplitst naargelang de verstrekkingen met persoonlijk aandeel van de patiënt en deze zonder.

Art.5. De gefactureerde bedragen dienen uitgesplitst te worden volgens de maand en het jaar waarin ze werden verricht.

Art.6. De gegevens met betrekking tot de in een kalendermaand gefactureerde bedragen dienen meegedeeld vóór het einde van de volgende kalendermaand. Indien in een kalendermaand niet werd gefactureerd, dient een blanco staat te worden toegestuurd.

Art.7. <MB 1989-06-20/31, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-04-1989> In afwijking van de artikelen 5 en 6 dienen de maandstaten voor de maanden april, mei en juni 1989 te worden medegedeeld aan de in artikel 1 genoemde Dienst uiterlijk op 31 augustus 1989 en dienen de daarop vermelde gefactureerde bedragen niet te worden uitgesplitst volgens de maand en het jaar waarin de verstrekkingen werden verricht.

Art.8. <Ingevoegd bij MB 1989-06-20/31, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 01-04-1989> Dit besluit heeft uitwerking op de verstrekkingen gefactureerd vanaf 1 april 1989.

Art. N. Maandstaat met betrekking tot de in het kader van de verplichte ziekteverzekering gefactureerde klinische biologie bedoeld in de artikelen 3, § 1, A, II en C, I; 18, § 2, B, e en 24 van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen, verleend aan niet in een ziekenhuis opgenomen patiënten. <Niet opgenomen om technische redenen; zie B.St. 26-05-1989, p. 9112>