30 MAART 1987. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de sectoriële voorwaarden voor de lozing, in de gewone oppervlaktewateren en in de openbare riolen, van afvalwater dat kwik bevat en afkomstig is van bedrijven behorende tot andere sectoren dan de electrolyse van alkalichloriden.
Art. 1-7
Artikel 1. De in dit besluit vastgestelde sectoriële voorwaarden gelden voor het lozen, in de gewone oppervlaktewateren en in de openbare riolen, van afvalwater dat kwik bevat en afkomstig is van de industriële bedrijven die behoren tot de in artikel 3 vermelde sectoren.
Art.2. In dit besluit wordt verstaan onder:
1. "kwik":
_ het chemisch element kwik;
_ het kwik in kwikverbindingen;
2. "verwerking van kwik":
elk industrieel proces dat de produktie of het gebruik van kwik met zich meebrengt, of elk ander industrieel proces waaraan de aanwezigheid van kwik, inherent is;
3. "industrieel bedrijf":
een bedrijf waarin kwik of kwik bevattende stoffen worden verwerkt met uitzondering van de industriële bedrijven bedoeld in artikel 1 van het koninklijk besluit van 12 september 1985 tot vaststelling van de sectoriële voorwaarden voor de lozing van afvalwater afkomstig van de chloornijverheid, in de gewone oppervlaktewateren en in de openbare riolen;
4. "bestaand bedrijf":
een industrieel bedrijf dat in werking is op de datum van de bekendmaking van dit besluit;
5. "nieuw bedrijf":
een industrieel bedrijf dat in werking werd gesteld na de datum van de bekendmaking van dit besluit;
een bestaand industrieel bedrijf waarvan de capaciteit voor de verwerking van kwik met 30 pct. is uitgebreid na de datum van de bekendmaking van dit besluit.
Art.3. Aan de algemene voorwaarden voor het lozen van afvalwater in de gewone oppervlaktewateren vastgesteld in het koninklijk besluit van 3 augustus 1976 houdende algemeen reglement voor het lozen van afvalwater in de gewone oppervlaktewateren, in de openbare riolen en in de kunstmatige afvoerwegen voor regenwater, hierna "het algemeen reglement" genoemd, worden volgende aanvullende voorwaarden toegevoegd:
1. Voor de chemische bedrijven die kwikkatalysatoren gebruiken voor de produktie van vinylchloride:
a) het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,15 milligram per liter niet overschrijden en de hoeveelheid kwik die, als maandgemiddelde, geloosd wordt mag 0,1 gram per ton vinylchloride productiecapaciteit niet overschrijden;
b) de sub a) hierboven vermelde sectoriële lozingsvoorwaarden zijn vastgesteld op basis van het specifiek referentievolume van het effluent van 2 kubieke meter per ton vinylchloride produktiecapaciteit;
2. Voor de chemische bedrijven die kwikkatalysatoren gebruiken voor andere produkties dan de produkties van vinylchloride:
a) het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,15 milligram per liter niet overschrijden en de hoeveelheid kwik die als maandgemiddelde geloosd wordt, mag 5 gram per kilogram verwerkt kwik niet overschrijden;
b) de sub a) hierboven vermelde sectoriële lozingsvoorwaarden zijn vastgesteld op basis van het specifiek referentievolume van het effluent van 100 kubieke meter per kilogram verwerkt kwik;
3. Voor de fabricage van kwikkatalysatoren gebruikt voor productie van vinylchloride:
a) het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,15 milligram per liter niet overschrijden en de hoeveelheid kwik die als maandgemiddelde geloosd wordt, mag 0,7 gram per kilogram verwerkt kwik niet overschrijden;
b) de sub a) hierboven vermelde sectoriële lozingsvoorwaarden zijn vastgesteld op basis van het specifiek referentievolume van het effluent van 14 kubieke meter per kilogram verwerkt kwik;
4. Voor de fabricage van organische en niet organische kwikverbindingen met uitzondering van de produkten bedoeld in 3 hierboven.
a) het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,3 milligram per liter niet overschrijden en de hoeveelheid kwik die als maandgemiddelde geloosd wordt, mag 0,1 gram per kilogram verwerkt kwik niet overschrijden;
b) voor de nieuwe bedrijven bedragen de sub a) bovenvermelde voorwaarden respectievelijk 0,15 milligram per liter en 0,05 gram per kilogram verwerkt kwik.
Vanaf 1 juli 1989, gelden deze ook voor de bestaande bedrijven;
de sub a) en b) hierboven vermelde sectoriële lozingsvoorwaarden zijn vastgesteld op basis van het specifiek referentievolume van het effluent van 1 kubieke meter per kilogram verwerkt kwik;
5. Voor de fabricage van kwikhoudende primaire batterijen:
a) het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,15 milligram per liter niet overschrijden en de hoeveelheid kwik die als maandgemiddelde geloosd wordt, mag 0,03 gram per kilogram verwerkt kwik niet overschrijden;
b) de sub a) hierboven vermelde sectoriële lozingsvoorwaarden zijn vastgesteld op basis van het specifiek referentievolume van het effluent van 0,6 kubieke meter per kilogram verwerkt kwik;
6. Voor de industrie van non-ferrometalen voor wat betreft de bedrijven voor de terugwinning van kwik en wat betreft de bedrijven voor de winning en raffinage van non-ferrometalen:
a) het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,3 milligram per liter en 0,1 milligram per liter als maandgemiddelde niet overschrijden;
b) voor de nieuwe bedrijven bedragen de sub a) bovenvermelde voorwaarden respectievelijk 0,15 milligram per liter en 0,05 milligram per liter.
Vanaf 1 juli 1989, gelden deze ook voor de bestaande bedrijven.
7. Voor de inrichtingen voor de behandeling van kwikhoudende toxische afvalstoffen:
het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,15 milligram per liter en 0,05 milligram per liter als maandgemiddelde niet overschrijden.
8. Voor de sector van de textielveredeling:
het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,02 milligram per liter niet overschrijden.
9. Voor de sector van de pulp-, papier- en kartonindustrie:
met gebruikmaking van de atomaire absorptiemethode zonder vlam, mag in het geloosde water geen aanwezigheid van kwik kunnen worden vastgesteld.
10. Voor de sector van de inrichtingen voor het reinigen van vaten:het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,01 milligram per liter niet overschrijden.
11. Voor de sector van de productie van lak, verf, drukinkten en pigmenten:
het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,001 milligram per liter niet overschrijden.
12. Voor de sector van de inrichtingen voor het reinigen van wagens en binnenschepen, welke vloeibare produkten transporteren:
het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,001 milligram per liter niet overschrijden.
13. Voor de sector van de private en openbare opslagplaatsen:
a) het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,30 milligram per liter niet overschrijden;
b) voor de nieuwe bedrijven bedraagt de bovenvermelde voorwaarde 0,15 milligram per liter.
Vanaf 1 juli 1989 geldt dit ook voor de bestaande bedrijven.
14. Voor de sector van de inrichtingen die uitsluitend vloeibare produkten opslaan:
het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,30 milligram per liter niet overschrijden;
b) voor de nieuwe bedrijven bedraagt de bovenvermelde voorwaarde 0,15 milligram per liter.
Vanaf 1 juli 1989 geldt dit ook voor de bestaande bedrijven.
Art.4. Aan de algemene voorwaarden die door het algemeen reglement voor de lozing van afvalwater in de openbare riolen zijn vastgesteld worden de volgende aanvullende voorwaarden toegevoegd:
1. voor de bedrijfstakken en sectoren vermeld in artikel 3, 1) tot 10), 13) en 14): de in de bedoelde bepalingen vermelde voorwaarden;
2. voor de sector van de productie van lak, verf, drukinkten en pigmenten:
het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,10 milligram per liter niet overschrijden;
3. voor de sector van de inrichtingen voor het reinigen van wagens en binnenschepen, welke vloeibare produkten transporteren:
het gehalte aan kwik van het geloosde water mag 0,005 milligram per liter niet overschrijden.
Art.5. § 1. De sectoriële voorwaarden gelden normaliter op het punt waar het kwik bevattende afvalwater het industriële bedrijf verlaat.
Indien het kwik bevattende afvalwater buiten het industriële bedrijf wordt behandeld in een zuiveringsinstallatie die bestemd is voor de verwijdering van kwik, gelden de sectoriële voorwaarden op het punt waar het afvalwater de zuiveringsinstallatie verlaat.
§ 2. De maandgemiddelde gehalten aan kwik zijn waarden gewogen op basis van het afvalwaterdebiet en het daggemiddelde van de hoeveelheid kwik die geloosd wordt mag tweemaal het maandgemiddelde dat in de sectoriële norm is opgenomen, niet overschrijden.
§ 3. De geloosde kwikhoeveelheden worden uitgedrukt als kwikhoeveelheid die door het industriële bedrijf gedurende dezelfde periode wordt gebruikt of verwerkt of als de geinstalleerde capaciteit voor de productie van vinylchloride.
§ 4. Er wordt een monster genomen dat representatief is voor de lozing gedurende een tijdvak van 24 uur. De in de loop van een maand geloosde hoeveelheid kwik moet worden berekend op basis van de hoeveelheden kwik die dagelijks worden geloosd.
Art.6. § 1. De referentieanalysemethode voor het bepalen van het kwikgehalte in water, is de vlamloze atoomabsorptiespectrofotometrie; het monster moet eerst een passende voorbehandeling ondergaan, met namen rekening houdend met de vooroxydatie van het kwik en de daaropvolgende reductie van de mercuri-lonen Hg (II).
De waarnemingsdrempels moeten zodanig zijn dat de kwikconcentratie kan worden gemeten met een nauwkeurigheid van min of meer 30 % en een precisie van min of meer 30 % bij een tiende van de in de vergunning vermelde, toegestane maximumkwikconcentratie.
§ 2. Het debiet moet worden gemeten met een nauwkeurigheid van min of meer 20 %;
§ 3. Onder "waarnemingsdrempel" wordt verstaan:
de laagste waarde voor de betrokken parameter die kan worden waargenomen.
Onder "nauwkeurigheid", wordt verstaan:
het verschil tussen de werkelijke waarde van de betrokken parameter en de experimenteel vastgestelde gemiddelde waarde.
Onder "precisie" wordt verstaan:
het interval waarin 95 % van de resultaten worden gevonden van metingen die volgens deze methode op eenzelfde monster worden uitgevoerd.
Art. 7. Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Staatssecretaris voor Leefmilieu zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.