25 JULI 1985. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de soorten bedrijven waarvoor het gebruik van de fytofarmaceutische produkten van klasse A of de bestrijdingsmiddelen voor niet-landbouwkundig gebruik van de klassen A en B is verantwoord. (NOTA : Opgeheven bij MB2002-03-06/30, en achteraf ingetrokken bij MB2010-12-13/05, art. 2; Inwerkingtreding : 06-03-2002)
Art. 1-2
Artikel 1. Onverminderd de bepalingen van het Algemeen Reglement voor de arbeidsbescherming worden voor de toepassing van artikel 37, tweede lid, van het koninklijk besluit van 5 juni 1975 betreffende het bewaren, het verkopen en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen en fytofarmaceutische produkten beschouwd als soorten bedrijven waarvoor het gebruik van fytofarmaceutische produkten van klasse A is verantwoord:de landbouw-, tuinbouw-, bosbouw- en veeteeltuitbatingen; de zaaigoedontsmettingsbedrijven.
Art. 2. Onverminderd de toepassing van de bepalingen van het algemeen reglement voor de arbeidsbescherming worden voor de toepassing van artikel 37, tweede lid van hetzelfde besluit beschouwd als soorten bedrijven waarvoor het gebruik van bestrijdingsmiddelen voor niet-landbouwkundig gebruik van de klassen A en B is verantwoord, doch enkel voor zover die bedrijven in de toelatingsakte van het bestrijdingsmiddel zijn vermeld:
_ de houtimpregneringsstations, de bouw- en houtverwerkende nijverheden;
_ de ondernemingen voor het uitvoeren van schilderwerken;
_ de inrichtingen voor het bewaren van goederen en waren;
_ de transportbedrijven;
_ de molens, de voedingsindustrieën;
_ de bedrijven voor de verwerking van dierlijke of plantaardige produkten.