2 AUGUSTUS 1985. - Koninklijk besluit houdende uitvoering van de wet van 19 februari 1965 betreffende de uitoefening van de zelfstandige beroepsactiviteiten der vreemdelingen. (NOTA: Opgeheven voor Brussels Hoofdstedelijk Gewest door <BESL2024-05-16/37, art. 36, 2°, 016; Inwerkingtreding : 01-10-2024>) (NOTA : opgeheven voor het Vlaams Gewest bij BVR2021-12-17/35, art. 21, 015; Inwerkingtreding : 01-01-2022) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 15-07-1992 en tekstbijwerking tot 11-06-2024)
HOOFDSTUK I. Wijzen van indiening van de aanvragen om machtiging en ontvankelijkheidsvoorwaarden.
Art. 1
Art. 1 Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Art. 1 WAALS GEWEST
Art. 2
Art. 2 Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Art. 2 WAALS GEWEST
Art. 3
Art. 3 Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Art. 3 WAALS GEWEST
Art. 4-5
Art. 5 Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Art. 6
Art. 6 WAALS GEWEST
Art. 6/1 WAALS GEWEST
Art. 7
HOOFDSTUK II. Wijzen van toekenning van de machtigingen.
Art. 8
Art. 8 Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Art. 8 WAALS GEWEST
Art. 9-11
HOOFDSTUK II/1 WAALSE GEWEST.[1 Beroepsmodaliteiten in geval van weigering of intrekking van de beroepskaart]1
Art. 11/1 WAALSE GEWEST
HOOFDSTUK III. Diverse bepalingen.
Art. 12
Art. 12 Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Art. 12 WAALS GEWEST
Art. 13-15
BIJLAGEN.
Art. N1
Art. N1 Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Art. N2
Art. N2 Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Art. N2 WAALS GEWEST
1995016257 1999016015 2000003476 2002011471 2003011065 2006011387 2006021366 2007023096 2015036197 2016027278 2021021092
HOOFDSTUK I. _ Wijzen van indiening van de aanvragen om machtiging en ontvankelijkheidsvoorwaarden.
Artikel 1.§ 1. a) (De aanvraag tot het verkrijgen, vernieuwen, verlengen, wijzigen en, in geval van verlies, vervangen van de beroepskaart wordt door bemiddeling van het gemeentebestuur van de verblijfplaats van de aanvrager ingediend wanneer deze in het bezit is van een niet verstreken "bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister" of "attest van immatriculatie" model A, bedoeld in de bijlagen 4 en 6 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.
Hetzelfde geldt voor de familieleden van de diplomatieke en consulaire personeelsleden en van de andere personen bedoeld in het koninklijk besluit van 30 oktober 1991 betreffende de documenten voor het verblijf in België van bepaalde vreemdelingen, houders van één van de verblijfstitels vermeld in voornoemd koninklijk besluit, op voorwaarde dat zij de begunstigden zijn van een wederkerigheidovereenkomst afgesloten door België die hen toelaat om een betaalde werkzaamheid te verrichten.) <KB 2006-08-22/44, art. 1, 009; Inwerkingtreding : 08-09-2006>
b) De aanvraag mag eveneens (bij een ondernemingsloket ingediend wanneer de aanvrager een schouwspelartiest is) die in het bezit is van een geldige "aankomstverklaring", bedoeld in bijlage 3 van het voornoemd koninklijk besluit, alsmede van een niet verstreken beroepskaart of arbeidskaart. <KB 2008-09-18/81, art. 1, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009>
§ 2. De vreemdeling die niet verkeert in de in § 1 vermelde omstandigheden, moet de aanvraag in kwestie persoonlijk indienen bij de Belgische diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger met ressort in het land waar hij gemachtigd is te verblijven.
De artiest, die niet is vrijgesteld van een beroepskaart, mag evenwel zijn aanvraag indienen bij de Belgische diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger met ressort in het land waar hij zich bevindt.
§ 3. Indien de veiligheid van de aanvrager dit vergt om reden van omstandigheden eigen aan het land waar de aanvraag had moeten ingediend zijn, kan van de §§ 1 en 2 worden afgeweken bij een gemotiveerde beslissing van de Minister van Middenstand, na gunstig advies van de (Minister die de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen onder zijn bevoegdheid heeft).<KB 1992-07-13/32, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 15-07-1992>
Art. 1_BRUSSELS_HOOFDSTEDELIJK_GEWEST. § 1. a) (De aanvraag tot het verkrijgen, vernieuwen, verlengen, wijzigen en, in geval van verlies, vervangen van de beroepskaart wordt [1 bij een ondernemingsloket ingediend wanneer de aanvrager]1 in het bezit is van een niet verstreken "bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister" of "attest van immatriculatie" model A, bedoeld in de bijlagen 4 en 6 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. Hetzelfde geldt voor de familieleden van de diplomatieke en consulaire personeelsleden en van de andere personen bedoeld in het koninklijk besluit van 30 oktober 1991 betreffende de documenten voor het verblijf in België van bepaalde vreemdelingen, houders van één van de verblijfstitels vermeld in voornoemd koninklijk besluit, op voorwaarde dat zij de begunstigden zijn van een wederkerigheidovereenkomst afgesloten door België die hen toelaat om een betaalde werkzaamheid te verrichten.) <KB 2006-08-22/44, art. 1, 009; Inwerkingtreding : 08-09-2006> b) De aanvraag mag eveneens (bij een ondernemingsloket ingediend wanneer de aanvrager een schouwspelartiest is) die in het bezit is van een geldige "aankomstverklaring", bedoeld in bijlage 3 van het voornoemd koninklijk besluit, alsmede van een niet verstreken beroepskaart of arbeidskaart. <KB 2008-09-18/81, art. 1, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009> § 2. De vreemdeling die niet verkeert in de in § 1 vermelde omstandigheden, moet de aanvraag in kwestie persoonlijk indienen bij de Belgische diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger met ressort in het land waar hij gemachtigd is te verblijven. De artiest, die niet is vrijgesteld van een beroepskaart, mag evenwel zijn aanvraag indienen bij de Belgische diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger met ressort in het land waar hij zich bevindt. § 3. Indien de veiligheid van de aanvrager dit vergt om reden van omstandigheden eigen aan het land waar de aanvraag had moeten ingediend zijn, kan van de §§ 1 en 2 worden afgeweken bij een gemotiveerde beslissing van de Minister [1 van Werkgelegenheid]1, na gunstig advies van de (Minister die de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen onder zijn bevoegdheid heeft).<KB 1992-07-13/32, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 15-07-1992>
----------
(1)<BESL 2015-04-30/14, art. 1, 013; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
Art. 1_WAALS_GEWEST. § 1. a) (De aanvraag tot het verkrijgen, vernieuwen, verlengen, wijzigen en, in geval van verlies, vervangen van de beroepskaart wordt [1 bij een ondernemingsloket ingediend wanneer de aanvrager]1 in het bezit is van een niet verstreken "bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister" of "attest van immatriculatie" model A, bedoeld in de bijlagen 4 en 6 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. Hetzelfde geldt voor de familieleden van de diplomatieke en consulaire personeelsleden en van de andere personen bedoeld in het koninklijk besluit van 30 oktober 1991 betreffende de documenten voor het verblijf in België van bepaalde vreemdelingen, houders van één van de verblijfstitels vermeld in voornoemd koninklijk besluit, op voorwaarde dat zij de begunstigden zijn van een wederkerigheidovereenkomst afgesloten door België die hen toelaat om een betaalde werkzaamheid te verrichten.) <KB 2006-08-22/44, art. 1, 009; Inwerkingtreding : 08-09-2006> b) De aanvraag mag eveneens (bij een ondernemingsloket ingediend wanneer de aanvrager een schouwspelartiest is) die in het bezit is van een geldige "aankomstverklaring", bedoeld in bijlage 3 van het voornoemd koninklijk besluit, alsmede van een niet verstreken beroepskaart of arbeidskaart. <KB 2008-09-18/81, art. 1, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009> § 2. De vreemdeling die niet verkeert in de in § 1 vermelde omstandigheden, moet de aanvraag in kwestie persoonlijk indienen bij de Belgische diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger met ressort in het land waar hij gemachtigd is te verblijven. De artiest, die niet is vrijgesteld van een beroepskaart, mag evenwel zijn aanvraag indienen bij de Belgische diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger met ressort in het land waar hij zich bevindt. § 3. Indien de veiligheid van de aanvrager dit vergt om reden van omstandigheden eigen aan het land waar de aanvraag had moeten ingediend zijn, kan van de §§ 1 en 2 worden afgeweken bij een gemotiveerde beslissing van de Minister [1 van Tewerkstelling]1, na gunstig advies van de (Minister die de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen onder zijn bevoegdheid heeft).<KB 1992-07-13/32, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 15-07-1992>
----------
(1)<BWG 2016-09-15/08, art. 1, 014; Inwerkingtreding : 14-10-2016>
Art.2.<KB 2008-09-18/81, art. 2, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009> Uiterlijk binnen de vijf werkdagen die volgen op het indienen van de aanvraag, zendt het ondernemingsloket of de Belgische diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger de aanvraag toe naar de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O. Middenstand en Energie.
Art. 2_BRUSSELS_HOOFDSTEDELIJK_GEWEST. <KB 2008-09-18/81, art. 2, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009> Uiterlijk binnen de vijf werkdagen die volgen op het indienen van de aanvraag, zendt het ondernemingsloket of de Belgische diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger de aanvraag [1 naar Brussel Economie en Werkgelegenheid bij de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel]1.
----------
(1)<BESL 2015-04-30/14, art. 2, 013; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
Art. 2_WAALS_GEWEST. <KB 2008-09-18/81, art. 2, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009> Uiterlijk binnen de vijf werkdagen die volgen op het indienen van de aanvraag, zendt het ondernemingsloket of de Belgische diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger de aanvraag toe [1 naar de Directie Tewerkstelling en Werkvergunningen van het Departement Werk en Beroepsopleiding van het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Werk en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst]1.
----------
(1)<BWG 2016-09-15/08, art. 2, 014; Inwerkingtreding : 14-10-2016>
Art.3.§ 1. (De aanvragen tot het verkrijgen, vernieuwen, verlengen, wijzigen en, in geval van verlies, vervangen van de beroepskaart, dienen te worden gesteld op de formulieren die de Minister, tot wiens bevoegdheid de Middenstand behoort, ter beschikking stelt). <KB 2008-09-18/81, art. 3, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009>
Die aanvragen vermelden de aard en de plaats van de activiteit waarvoor de beroepskaart wordt aangevraagd. Zij moeten door de aanvrager worden gedateerd en ondertekend.
§ 2. ((Voor elke aanvraag, ingediend hetzij bij een ondernemingsloket hetzij bij een Belgische diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger, is bij ontvangst een recht van 140 euro verschuldigd. Het ondermingsloket ontvangt als vergoeding 15 euro, BTW inbegrepen, van het geïnde recht.) <KB 2008-09-18/81, art. 4, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009>
Deze rechten worden geïnd in contanten, per overschrijving of door middel van een elektronische betaling, overeenkomstig de nadere regels die door de minister bevoegd voor Middenstand worden bepaald.) <KB 2007-06-25/31, art. 1, 011; Inwerkingtreding : 01-07-2007>
Art. 3_BRUSSELS_HOOFDSTEDELIJK_GEWEST. § 1. (De aanvragen tot het verkrijgen, vernieuwen, verlengen, wijzigen en, in geval van verlies, vervangen van de beroepskaart, dienen te worden gesteld op de formulieren die de Minister [1 van Werkgelegenheid]1 ter beschikking stelt). <KB 2008-09-18/81, art. 3, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009> Die aanvragen vermelden de aard en de plaats van de activiteit waarvoor de beroepskaart wordt aangevraagd. Zij moeten door de aanvrager worden gedateerd en ondertekend. § 2. ((Voor elke aanvraag, ingediend hetzij bij een ondernemingsloket hetzij bij een Belgische diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger, is bij ontvangst een recht van 140 euro verschuldigd. Het ondermingsloket ontvangt als vergoeding 15 euro, BTW inbegrepen, van het geïnde recht.) <KB 2008-09-18/81, art. 4, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009> Deze rechten worden geïnd in contanten, per overschrijving of door middel van een elektronische betaling, overeenkomstig de nadere regels die door de [1 Minister van Werkgelegenheid]1 worden bepaald.) <KB 2007-06-25/31, art. 1, 011; Inwerkingtreding : 01-07-2007>
----------
(1)<BESL 2015-04-30/14, art. 3, 013; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
Art. 3_WAALS_GEWEST. § 1. (De aanvragen tot het verkrijgen, vernieuwen, verlengen, wijzigen en, in geval van verlies, vervangen van de beroepskaart, dienen te worden gesteld op de formulieren die de Minister [1 van Tewerkstelling]1, ter beschikking stelt). <KB 2008-09-18/81, art. 3, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009> Die aanvragen vermelden de aard en de plaats van de activiteit waarvoor de beroepskaart wordt aangevraagd. Zij moeten door de aanvrager worden gedateerd en ondertekend. [1 De personeelsleden van niveau A van de Directie Tewerkstelling en Werkvergunningen van het Departement Werk en Beroepsopleiding van het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Werk en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst beoordelen of de in de eerste en tweede leden bedoelde aanvragen aan de in de wet bedoelde ontvankelijkheidsvoorwaarden voldoen en beslissen over het verkrijgen, vernieuwen, verlengen, wijzigen en, in geval van verlies, vervangen van de beroepskaart.]1 § 2. ((Voor elke aanvraag, ingediend hetzij bij een ondernemingsloket hetzij bij een Belgische diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger, is bij ontvangst een recht van 140 euro verschuldigd. Het ondermingsloket ontvangt als vergoeding 15 euro, BTW inbegrepen, van het geïnde recht.) <KB 2008-09-18/81, art. 4, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009> Deze rechten worden geïnd in contanten, per overschrijving of door middel van een elektronische betaling, overeenkomstig de nadere regels die door de minister [1 van Tewerkstelling]1 worden bepaald.) <KB 2007-06-25/31, art. 1, 011; Inwerkingtreding : 01-07-2007>
----------
(1)<BWG 2016-09-15/08, art. 3, 014; Inwerkingtreding : 14-10-2016>
Art.4. De aanvragen tot het vernieuwen en verlengen van een beroepskaart moeten worden ingediend ten minste drie maanden voor de vervaldatum van de vorige machtiging.
Die termijn wordt tot één maand verminderd wanneer de duur van het verblijf in België in verband met het geheel van de prestaties waarvoor de aanvraag is ingediend, niet meer dan negentig dagen per jaar bedraagt.
Art.5.De beroepskaart moet gevoegd zijn bij de aanvraag om verlenging, vernieuwing of wijziging. Ter vervanging van die kaart verschaft (het ondernemingsloket) of de Belgische diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger aan de belanghebbende een getuigschrift dat overeenstemt met bijlage I van dit besluit. Een dergelijk getuigschrift wordt eveneens afgegeven in geval van vervanging van de kaart. Deze getuigschriften worden op ongezegeld papier afgeleverd. <KB 2008-09-18/81, art. 5, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009>
Art. 5_BRUSSELS_HOOFDSTEDELIJK_GEWEST. De beroepskaart moet gevoegd zijn bij de aanvraag om verlenging, vernieuwing of wijziging. Ter vervanging van die kaart verschaft (het ondernemingsloket) of de Belgische diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger aan de belanghebbende een getuigschrift [1 ...]1. Een dergelijk getuigschrift wordt eveneens afgegeven in geval van vervanging van de kaart. Deze getuigschriften worden op ongezegeld papier afgeleverd. <KB 2008-09-18/81, art. 5, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009>
----------
(1)<BESL 2015-04-30/14, art. 4, 013; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
Art.6. § 1. (Bij de aanvraag om beroepskaart moet een uittreksel van het strafregister gevoegd zijn, of indien de aanvraag werd ingediend door bemiddeling van de Belgische diplomatieke of consulaire agent in het buitenland, een gelijkwaardig document van het betrokken land.) <KB 2008-09-18/81, art. 6, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009>
(Tweede lid opgeheven) <KB 2002-10-18/47, art. 1, 007; Inwerkingtreding : 09-12-2002>
(Een nieuw (uittreksel) of gelijkwaardig document moet worden gevoegd bij een aanvraag tot het verkrijgen van de beroepskaart, als die aanvraag wordt ingediend meer dan één jaar nadat een vorige aanvraag, met bijhorend (uittreksel) of gelijkwaardig document, is ingediend.) <KB 2002-10-18/47, art. 1, 007; Inwerkingtreding : 09-12-2002> <KB 2008-09-18/81, art. 7, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009>
§ 2. Elke aanvraag om machtiging betreffende een activiteit waarvan de uitoefening onderworpen is aan wettelijke of reglementaire voorwaarden, dient te worden gerechtvaardigd door overlegging van een document waaruit blijkt dat aan de gestelde voorwaarden is voldaan.
§ 3. De vreemdeling die de vernieuwing van zijn beroepskaart wenst, moet bij zijn aanvraag de attesten voegen waardoor kan worden nagegaan of hij zijn fiscale en sociale verplichtingen is nagekomen.
Art. 6_WAALS_GEWEST. § 1. (Bij de aanvraag om beroepskaart moet een uittreksel van het strafregister gevoegd zijn, of indien de aanvraag werd ingediend door bemiddeling van de Belgische diplomatieke of consulaire agent in het buitenland, een gelijkwaardig document van het betrokken land.) <KB 2008-09-18/81, art. 6, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009> (Tweede lid opgeheven) <KB 2002-10-18/47, art. 1, 007; Inwerkingtreding : 09-12-2002> (Een nieuw (uittreksel) of gelijkwaardig document moet worden gevoegd bij een aanvraag tot het verkrijgen van de beroepskaart, als die aanvraag wordt ingediend meer dan één jaar nadat een vorige aanvraag, met bijhorend (uittreksel) of gelijkwaardig document, is ingediend.) <KB 2002-10-18/47, art. 1, 007; Inwerkingtreding : 09-12-2002> <KB 2008-09-18/81, art. 7, 012; Inwerkingtreding : 01-01-2009> § 2. Elke aanvraag om machtiging betreffende een activiteit waarvan de uitoefening onderworpen is aan wettelijke of reglementaire voorwaarden, dient te worden gerechtvaardigd door overlegging van een document waaruit blijkt dat aan de gestelde voorwaarden is voldaan. § 3. De vreemdeling die de vernieuwing van zijn beroepskaart wenst, moet bij zijn aanvraag de attesten voegen waardoor kan worden nagegaan of hij zijn fiscale en sociale verplichtingen is nagekomen. [1 § 4. De vreemdeling is vrijgesteld van het voorleggen van de in § 3 bedoelde documenten zodra ze bij authentieke gegevensbronnen beschikbaar zijn.]1
----------
(1)<BWG 2016-09-15/08, art. 4, 014; Inwerkingtreding : 14-10-2016>
Art. 6/1_WAALS_GEWEST. [1 Om de redenen en onder de voorwaarden bedoeld in artikel 7 van de wet van 19 februari 1965 betreffende de uitoefening van de zelfstandige beroepsactiviteiten der vreemdelingen kunnen de personeelsleden van niveau A van de Directie Tewerkstelling en Werkvergunningen van het Departement Werk en Beroepsopleiding van het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Werk en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst de beroepskaart intrekken.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij BWG 2016-09-15/08, art. 5, 014; Inwerkingtreding : 14-10-2016>
Art.7. Dienen te worden beschouwd als onontvankelijk in de zin van artikel 6 van de wet van 19 februari 1965, gewijzigd bij de wet van 28 juni 1984;
1° de aanvragen welke niet zijn ingediend in de bij de artikelen 1 en 3 van dit besluit voorgeschreven vormen of die zijn ingediend zonder de in artikel 6 ervan vermelde documenten;
2° de aanvragen die, na weigering van een beroepskaart, zijn geformuleerd zonder inachtneming van de termijn van twee jaar bepaald in artikel 5, § 2, van dezelfde wet.
HOOFDSTUK II. _ Wijzen van toekenning van de machtigingen.
Art.8.De beroepskaart moet overeenstemmen met tabel II van dit besluit. Zij is slechts geldig indien zij de handtekening draagt van de Minister van Middenstand of van de door hem gedelegeerde ambtenaar.
(Zij wordt afgeleverd door de tussenkomst van een ondernemingsloket. Als vergoeding ontvangt het ondernemingsloket 30 euro, BTW inbegrepen, van het ontvangen recht voorzien in artikel 9.) <KB 2007-06-25/31, art. 2, 011; Inwerkingtreding : 01-07-2007>
Art. 8_BRUSSELS_HOOFDSTEDELIJK_GEWEST. [1 De beroepskaart stemt overeen met het als bijlage bij dit besluit gevoegde model. Ze is slechts geldig indien zij de handtekening draagt van de Minister van Werkgelegenheid of van de door hem gedelegeerde ambtenaar.]1 [2 De Minister van Werkgelegenheid kan het als bijlage bij dit besluit opgenomen model van beroepskaart aanpassen indien dit om technische redenen noodzakelijk blijkt, inzonderheid om de erop voorkomende vermeldingen te actualiseren.]2 (Zij wordt afgeleverd door de tussenkomst van een ondernemingsloket. Als vergoeding ontvangt het ondernemingsloket 30 euro, BTW inbegrepen, van het ontvangen recht voorzien in artikel 9.) <KB 2007-06-25/31, art. 2, 011; Inwerkingtreding : 01-07-2007>
----------
(1)<BESL 2015-04-30/14, art. 5,1°, 013; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
(2)<BESL 2015-04-30/14, art. 5,2°, 013; Inwerkingtreding : 02-01-2015>
Art. 8_WAALS_GEWEST. [1 De beroepskaart stemt overeen met het in bijlage II bedoelde model. Ze is slechts geldig indien zij de handtekening draagt van de Minister van Tewerkstelling of van één van de personeelsleden bedoeld in artikel 3, § 1.]1 [1 De Minister van Tewerkstelling kan het in bijlage II bedoelde model van beroepskaart aanpassen indien dit om technische redenen noodzakelijk blijkt, met name om de erop voorkomende vermeldingen te actualiseren.]1 (Zij wordt afgeleverd door de tussenkomst van een ondernemingsloket. Als vergoeding ontvangt het ondernemingsloket 30 euro, BTW inbegrepen, van het ontvangen recht voorzien in artikel 9.) <KB 2007-06-25/31, art. 2, 011; Inwerkingtreding : 01-07-2007>
----------
(1)<BWG 2016-09-15/08, art. 6, 014; Inwerkingtreding : 14-10-2016>
Art.9. <KB 2007-06-25/31, art. 3, 011; Inwerkingtreding : 01-07-2007> De aflevering van een beroepskaart die een gevolg is van een aanvraag tot verkrijging, verlenging of hernieuwing, is onderworpen aan een recht ten bedrage van 90 euro.
Indien de geldigheidsduur van de kaart méér dan één jaar bedraagt, wordt dit bedrag vermenigvuldigd met een getal dat gelijk is aan het totaal van de jaren waarvoor de kaart wordt toegekend. Het bijkomende jaargedeelte wordt als een volledig jaar gerekend.
Dit recht wordt gekweten volgens de wijze bepaald in artikel 3, § 2, tweede lid.
Art.10. (opgeheven) <KB 2007-06-25/31, art. 5, 011; Inwerkingtreding : 01-07-2007>
Art.11. (opgeheven) <KB 2007-06-25/31, art. 5, 011; Inwerkingtreding : 01-07-2007>
HOOFDSTUK II/1_WAALSE_GEWEST.[1 Beroepsmodaliteiten in geval van weigering of intrekking van de beroepskaart]1
----------
(1)
Art. 11/1_WAALSE_GEWEST. [1 § 1. Het beroep bedoeld in de artikelen 6 en 7 van de wet van 19 februari 1965 wordt bij de Minister van Tewerkstelling ingediend. De vreemdeling die in het buitenlands verblijft en van wie de beroepskaart geweigerd of ingetrokken wordt, dient het in het eerste lid bedoelde beroep door bemiddeling van een lasthebber in. Die lasthebber is een natuurlijke of rechtspersoon die namens en voor rekening van de vreemdeling handelt, die daarvoor de rechtsbevoegdheid heeft en van wie de maatschappelijke zetel of de inrichtingseenheid of het adres van het hoofdverblijf in België is gelegen. § 2. Onverminderd de bepalingen bedoeld in artikel 8 van de wet van 19 februari 1965, omvat het beroep het origineel van de door de verzoeker gedateerde en ondertekende motivatiebrief alsook alle nodige documenten om te voldoen aan de weigerings- of intrekkingsredenen. Bijkomende documenten kunnen binnen maximum één maand na de datum van indiening van het beroep gevoegd worden. § 3. Het beroep wordt gericht aan de Directie Tewerkstelling en Werkvergunningen van het Departement Werk en Beroepsopleiding van het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Werk en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst, Place de Wallonie 1, B-5100 Jambes. § 4. De Minister neemt zijn beslissing binnen een termijn van drie maanden te rekenen van de indiening van het beroep. Zoniet wordt de beslissing geacht te zijn goedgekeurd. De in het eerste lid bedoelde beslissing wordt aan de verzoeker meegedeeld.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij BWG 2016-09-15/08, art. 7, 014; Inwerkingtreding : 14-10-2016>
HOOFDSTUK III. _ Diverse bepalingen.
Art.12.De vreemdelingen, houder van een beroepskaart, die hun activiteit onderbreken of stopzetten, moeten (hun beroepskaart inleveren bij een erkend ondernemingsloket met de vermelding van de redenen van deze onderbreking of stopzetting). <KB 2007-06-25/31, art. 4, 011; Inwerkingtreding : 01-07-2007>
Binnen acht dagen zendt (het erkend ondernemingsloket) de voornoemde kaarten toe (aan de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie), met vermelding van de aangehaalde redenen. <KB 2007-06-25/31, art. 4, 011; Inwerkingtreding : 01-07-2007>
Art. 12_BRUSSELS_HOOFDSTEDELIJK_GEWEST. De vreemdelingen, houder van een beroepskaart, die hun activiteit onderbreken of stopzetten, moeten (hun beroepskaart inleveren bij een erkend ondernemingsloket met de vermelding van de redenen van deze onderbreking of stopzetting). <KB 2007-06-25/31, art. 4, 011; Inwerkingtreding : 01-07-2007> Binnen acht dagen zendt (het erkend ondernemingsloket) de voornoemde kaarten [1 naar Brussel Economie en Werkgelegenheid bij de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel]1, met vermelding van de aangehaalde redenen. <KB 2007-06-25/31, art. 4, 011; Inwerkingtreding : 01-07-2007>
----------
(1)<BESL 2015-04-30/14, art. 6, 013; Inwerkingtreding : 02-01-2015>
Art. 12_WAALS_GEWEST. De vreemdelingen, houder van een beroepskaart, die hun activiteit onderbreken of stopzetten, moeten (hun beroepskaart inleveren bij een erkend ondernemingsloket met de vermelding van de redenen van deze onderbreking of stopzetting). <KB 2007-06-25/31, art. 4, 011; Inwerkingtreding : 01-07-2007> Binnen acht dagen zendt (het erkend ondernemingsloket) de voornoemde kaarten toe [1 aan de Directie Tewerkstelling en Werkvergunningen van het Departement Werk en Beroepsopleiding van het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Werk en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst]1, met vermelding van de aangehaalde redenen.
----------
(1)<BWG 2016-09-15/08, art. 8, 014; Inwerkingtreding : 21-05-2016>
Art.13. Het ministerieel besluit van 11 mei 1965, genomen in uitvoering van de wet van 19 februari 1965 betreffende de uitoefening van de zelfstandige beroepsactiviteiten der vreemdelingen en bepalende de voorwaarden en taksen aan dewelke de aanvragen om beroepskaarten zijn onderworpen, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 11 december 1980 en 17 augustus 1983, wordt opgeheven.
Art.14. Alle beroepskaarten, afgegeven volgens de modellen vastgesteld bij het voornoemd ministerieel besluit van 11 mei 1965 blijven geldig tot de vervaldagen bepaald bij dat zelfde besluit.
Art.15. Onze (Minister die de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen onder zijn bevoegdheid heeft), Onze Minister van Middenstand en Onze Staatssecretaris voor Middenstand zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. <KB 1992-07-13/32, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 15-07-1992>
BIJLAGEN.
Art. N1.Bijlage 1 : Model van getuigschrift of te geven door het gemeentebestuur in geval van verlies, wijziging, verlenging of vernieuwing van beroepskaart.
<Om praktische redenen werd deze bijlage niet opgenomen; zie B.St. 24-09-1985, p. 13672>
Art. N1_BRUSSELS_HOOFDSTEDELIJK_GEWEST. Bijlage 1 : Model van getuigschrift of te geven door het gemeentebestuur in geval van verlies, wijziging, verlenging of vernieuwing van beroepskaart. <Opgegeven bij BESL 2015-04-30/14, art. 7, 013; Inwerkingtreding : 02-01-2015>
Art. N2.Bijlage 2 : Beroepskaart voor vreemdelingen.
<Om technische redenen werd deze bijlage niet opgenomen; zie B.St. 24-09-1985, p. 13675>
Art. N2_BRUSSELS_HOOFDSTEDELIJK_GEWEST. Bijlage 2 : Beroepskaart voor vreemdelingen. <Vervangen bij BESL 2015-04-30/14, art. 8, 013; Inwerkingtreding : 02-01-2015; Model niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 18-06-2015, p. 35695>
Art. N2_WAALS_GEWEST. Bijlage 2 : Beroepskaart voor vreemdelingen. <Vervangen door BWG 2016-09-15/08, art. 9, 014; Inwerkingtreding : 14-10-2016; Om technische redenen werd deze bijlage niet opgenomen; zie B.St. 04-10-2016, p. 68296>