Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

17 JULI 1984. - Wet houdende bepaalde maatregelen van aard tot vermindering van de gerechtelijke achterstand(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 10-06-2014 en tekstbijwerking tot 22-10-2015)



Inhoudstafel:


Art. 1-17



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2015009287  2016009504 



Artikels:

Artikel 1. Aan Boek I van het tweede deel van het Gerechtelijk Wetboek wordt een titel IIbis toegevoegd, luidende als volgt : "....."

Art.2. Artikel 313, eerste lid, van hetzelfde Wetboek wordt vervangen door de volgende bepaling : "....."

Art.3. In artikel 313 van hetzelfde Wetboek wordt tussen het eerste en het tweede lid, een lid ingevoegd, luidende als volgt : "....."

Art.4. Artikel 316 van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld met het volgend lid : "....."

Art.5. Artikel 321 van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld met het volgende lid : "....."

Art.6. Artikel 341 van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld met het volgende lid : "....."

Art.7. In hetzelfde Wetboek wordt een artikel 379bis opgenomen, luidende als volgt : "....."

Art.8. Artikel 383 van hetzelfde Wetboek wordt vervangen door de volgende bepaling : "....."

Art.9. In hetzelfde Wetboek wordt een artikel 383bis ingevoegd, luidende als volgt : "....."

Art.10. Artikel 391 van hetzelfde Wetboek wordt met volgende lid aangevuld : "....."

Art.11. Artikel 392 van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld met het volgende lid : "....."

Art.12. <NOTA : Volgens art. 2 van W 31-01-1986, dit artikel " wordt in die zin uitgelegd dat het toepasselijk is op de raadsheren en rechters in sociale zaken en de rechters in de handelszaken.">
  De magistraten van de Rechterlijke Orde, hieronder niet begrepen de magistraten van het Hof van Cassatie, die op 1 september 1984 volle 63 jaar oud zijn, zonder de leeftijd van 64 jaar te hebben bereikt, kunnen, op hun verzoek, hun ambt verder uitoefenen gedurende vijf jaren.
  De magistraten van de Rechterlijke Orde, hieronder niet begrepen de magistraten van het Hof van Cassatie, die op 1 september 1984 volle 64 jaar oud zijn, zonder de leeftijd van 66 jaar te hebben bereikt, kunnen, op hun verzoek, hun ambt verder uitoefenen gedurende vier jaren.
  De magistraten van de Rechterlijke Orde, hieronder niet begrepen de magistraten van het Hof van Cassatie, die op 1 september 1984 volle 66 jaar oud zijn, zonder de leeftijd van 67 jaar te hebben bereikt, kunnen, op hun verzoek, hun ambt verder uitoefenen gedurende drie jaren.
  Dezelfde magistraten die op 1 september 1984, volle 67 jaar oud zijn, kunnen, op hun verzoek, hun ambt verder uitoefenen gedurende twee jaren.
  De leeftijdsgrens van 70 jaar mag niet overschreden worden.

Art.13. Artikel 114, eerste lid, van de wet van 14 februari 1961 voor economische expansie, sociale vooruitgang en financieel herstel houdt op van toepassing te zijn op de inruststelling van magistraten.

Art.14.De griffiers van hoven en rechtbanken, de secretarissen van de parketten,[2 de personeelsleden van griffies, parketsecretariaten en steundiensten]2 en de attachés in de dienst voor documentatie en overeenstemming der teksten bij het Hof van Cassatie, worden in ruste gesteld wanneer zij de leeftijd van 65 jaar bereikt hebben of wegens een ernstige en blijvende gebrekkigheid niet langer in staat zijn hun ambt naar behoren te vervullen.
  [1 [2 Het in activiteit blijven kan, op verzoek van het personeelslid, door de minister van Justitie worden toegestaan tot de leeftijd van zeventig jaar.]2. De periode van in activiteit blijven wordt bepaald voor de maximumduur van één jaar, die kan worden verlengd.
   De Koning bepaalt de procedure.]1
  ----------
  (1)<W 2014-04-10/73, art. 52, 002; Inwerkingtreding : 10-06-2014>
  (2)<W 2015-10-19/01, art. 79, 003; Inwerkingtreding : 01-11-2015>

Art.15. De griffiers van hoven en rechtbanken die in funktie waren op de dag van de inwerkingtreding van artikel 2, eerste titel, van de wet 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek en die op 1 september 1985 de volle leeftijd van 65 jaar zullen bereikt hebben evenwel zonder op dat ogenblik 67 jaar te zijn, kunnen op hun verzoek hun ambt verder uitoefenen gedurende drie jaren te rekenen van die datum.
  Dezelfde griffiers die volle 67 jaar oud zijn op 1 september 1985, kunnen op hun verzoek, hun ambt verder uitoefenen gedurende twee jaren, te rekenen van die datum, zonder de leeftijdsgrens van 70 jaar te mogen overschrijden.

Art.16. Artikel 11 van artikel 4. Overgangsbepalingen van de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek wordt opgeheven.

Art. 17. De bepalingen van deze wet treden in werking op de datum door de Koning te bepalen en uiterlijk op 1 september 1984.
  Artikel 14 heeft evenwel gevolg met ingang van de datum van inwerkingtreding van artikel 2, titel I, van de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek. Voor de griffiers van hoven en rechtbanken die op die datum in functie waren, treedt dit artikel 14 evenwel in werking op de datum door de Koning te bepalen, en uiterlijk op 1 september 1984.