2 MAART 1983. _ Koninklijk besluit tot herwaardering van het bedrag van het wettelijk brugpensioen.
Art. 1-4
Artikel 1. Op het tweede deel van het bedrag van het brugpensioen, bedoeld bij artikel 74, § 1, van de wet van 22 december 1977, betreffende de budgettaire voorstellen 1977-1978, vervangen door het koninklijk besluit nr. 21 van 7 december 1978, en gewijzigd bij de wet van 2 juli 1981, wordt, rekening houdend met de vorige herwaarderingen, vanaf 1 januari 1982 een op 1,0080 vastgestelde herwaarderingscoëfficient toegepast.
Art.2. De aanpassingen van het tweede gedeelte van het bedrag van het wettelijk brugpensioen zullen prorata temporis worden verricht, op basis van de volgende formule :
_ indien het tweede gedeelte wordt berekend op basis van een netto-referteloon, van vóór 1 januari 1981, dan wordt de herwaarderingscoëfficiënt op 1,0080 vastgesteld;
_ indien het wordt berekend op basis van het loon van de maanden januari, februari of maart 1981, wordt de coëfficient op 1,0060 vastgesteld;
_ indien het wordt berekend op basis van het loon van de maanden april, mei of juni 1981, wordt de coëfficiënt op 1,0040 vastgesteld;
_ indien het wordt berekend op basis van het loon van de maanden juli, augustus of september 1981, wordt de coëfficiënt op 1,0020 vastgesteld;
_ indien het wordt berekend op basis van het loon van de maanden oktober, november of december 1981, wordt de coëfficiënt op 1 vastgesteld.
Art.3. Dit besluit treedt in werking van 1 januari 1982.
Art. 4. Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.