22 SEPTEMBER 1980. - [Ministerieel besluit tot vaststelling van sommige toepassingsmodaliteiten van het koninklijk besluit van 15 september 1980 tot uitvoering van artikel 191, eerste lid, 7, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoordineerd op 14 juli 1994.] <MB 1996-12-24/36, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-01-1997> (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-01-1984 en tekstbijwerking tot 31-12-1996)
Art. 1-2, 2bis, 3
ANNEXE.
Art. N
Artikel 1. (opgeheven) <MB 1993-04-09/31, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 15-06-1993>
Art.2. (De uitbetalingsinstellingen van pensioenen en aanvullende voordelen zijn ertoe gehouden aan het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering de aangifte te bezorgen van de gegevens in verband met de pensioenen en aanvullende voordelen in de vorm en volgens het model dat als bijlage bij dit besluit gaat.
Zij sturen de formulieren naar het Instituut, na ze te hebben ingevuld.) <MB 1996-12-24/36, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 01-01-1997>
Niettemin ontvangen de uitbetalingsinstellingen, wanneer de pensioenen of aanvullende voordelen van periodieke aard zijn, formulieren die conform het in de bijlage bij dit besluit opgenomen model zijn en waarop de laatste gegevens die ze aan het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering hebben meegedeeld, zijn voorgedrukt. Na nazicht en desgevallend wijzigingen en toevoegingen, sturen ze de documenten terug.) <MB 1993-04-09/31, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 15-06-1993>
De getotaliseerde bedragen van de bij de rechthebbenden op een pensioen of aanvullend voordeel verrichte inhoudingen moeten, in de loop van de maand volgend op die inhoudingen, aan het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering worden gestort op rekening nr. 091-0015837-55.
(Andere aangifteformulieren mogen alleen worden gebruikt als ze vooraf door het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering zijn aanvaard volgens de door dat instituut vastgestelde modaliteiten.) <MB 1993-04-09/31, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 15-06-1993>
Art. 2bis. <MB 24-12-1980, art. 2> De uitbetalingsinstellingen van pensioenen of aanvullende voordelen worden ertoe gemachtigd de in artikel 2 van dit besluit bedoelde inlichtingen te verstrekken met een in de informatieverwerking gebruikte drager. In dat geval dienen ze zich te houden aan de daartoe door het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering vastgestelde modellen en richtlijnen.
Art.3. Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 1980.
ANNEXE.
Art. N. <MB 1993-04-09/31, Inwerkingtreding : 15-06-1993> INHOUDINGEN OP PENSIOENEN : VOORGEDRUKTE AANGIFTE. <Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 15-06-1993, p. 14544-14547> <Vervangen door MB 1996-12-24/36, art. 3; Inwerkingtreding : 01-01-1997. Zie B.St. 31-12-1996, Ed. 3, p. 32540-32544>