10 JULI 1975. - Ministerieel besluit tot uitvoering van artikel 161 van het koninklijk besluit van 20 december 1963 betreffende arbeidsvoorziening en werkloosheid.
Art. 1-4
Artikel 1. Het recht op werkloosheidsuitkering kan in het Vlaamse gewest afhankelijk worden gesteld van de tewerkstelling door een vereniging zonder winstoogmerk waarvan de hoofdactiviteit of hoofdactiviteiten is of zijn erkend en gereglementeerd door een openbare overheid.
Art.2. De in artikel 1 genoemde verenigingen moeten hun aanvraag indienen bij de directeur van het gewestelijk bureau van de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening, in wiens ambtsgebied de tewerkstelling dient te geschieden.
Die aanvraag moet met name omvatten:
_ de benaming en het adres van de maatschappelijke zetel der vereniging;
_ de datum en het eventueel nummer van de erkenning;
_ de benaming van de openbare overheid die de erkenning heeft afgegeven;
_ een attest waaruit blijkt dat de vereniging die de aanvraag doet, ervan op de hoogte is dat de tewerkstelling van één of meer werklozen niet impliceert dat de subsidies verleend door de openbare overheid die ze heeft erkend, automatisch worden verhoogd;
_ het aantal gevraagde werklozen zomede de gewenste kwalificatie;
_ De duur en de juiste aard van de tewerkstelling;
_ de plaats van de tewerkstelling;
_ de naam, de voornamen, het beroep, de geboortedatum , de burgerlijke staat en het adres van de persoon of personen met delegatie om de vereniging te verbinden, alsmede het bewijs van die delegatie;
_ een getuigschrift waarbij de vereniging zich ertoe verbindt aan de tewerkgestelde werklozen de werkloosheidsuitkering , die wordt bedoeld bij artikel 166 van het koninklijk besluit van 20 december 1963, betreffende arbeidsvoorziening en werkloosheid, te betalen uiterlijk bij het einde van de kalendermaand die volgt op de maand waarin de arbeid is verricht.
Art.3. De diensten van de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening kunnen bovendien iedere bijkomende inlichting vragen die zij nodig achten, onder andere en bijvoorbeeld een copie van de statuten .
Art. 4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juni 1975.