27 MEI 1975. - Koninklijk besluit betreffende de toekenning van een vergoeding voor sociale promotie aan de zelfstandigen en helpers uit de landbouwsector die met goed gevolg bepaalde leergangen beëindigd hebben waardoor zij hun beroepskwalificatie kunnen verhogen. (NOTA : opgeheven wat de Vlaamse Gemeenschap betreft bij BVR 2004-06-04/54, art. 47, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2005) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf (publicatiedatum van het KB van 21-08-1979) en tekstbijwerking tot 16-11-2004)
Art. 1-10, N
Artikel 1. (Zie NOTA'S onder opschrift) Kunnen het voordeel genieten van de vergoeding bedoeld bij artikel 1, 2°, en artikel 5 van de wet van 1 juli 1963 houdende toekenning van een vergoeding voor sociale promotie , die zelfstandigen en helpers uit de landbouwsector, die een eindestudiegetuigschrift, brevet of diploma kunnen voorleggen waaruit blijkt dat zij met goed gevolg een volledige cyclus van de in artikel 2 aangeduide leergangen hebben beëindigd.
Art.2. (Zie NOTA'S onder opschrift) Worden in aanmerking genomen:
1° tot het technisch onderwijs behorende technische en beroepsleergangen van de groepen landbouwkunde, extractieve industrieën, bouw, hout, metaal en elektriciteit, scheikunde, boekbedrijf, textiel, kleding, leder, voeding, diensten aan personen, personenverzorging, handel, en administratie, toegepaste kunsten, voorbereidende leergangen die georganiseerd, gesubsidieerd of erkend werden door de Staat krachtens de wetten op het technisch onderwijs,gecoördineerd bij koninklijk besluit van 30 april 1957,gewijzigd bij de wet van 16 juli 1970.
Elk jaar van de volledige cyclus moet ten minste 140 lesuren bevatten;
2° de leergangen van de groep plastische kunsten,die de afdelingen bouwkunde en urbanisme,nijverheidstekenen en industriële vormgeving, voorbereidend onderwijs, monumentale kunst, sierkunsten, grafische kunsten, meubelkunst, kunsttapijtweven en kunstweven omvat, die georganiseerd, gesubsidieerd of erkend werden door de Staat krachtens de wet van 14 mei 1955 tot regeling van het kunstonderwijs en van haar uitvoeringsbesluiten.
Elk jaar van de volledige cyclus moet ten minste 140 lesuren bevatten;
3° de leergangen voor scholing of voor patroonsbekwaamheid georganiseerd overeenkomstig het koninklijk besluit van 13 april 1959 betreffende de beroepsopleiding en beroepsvolmaking in ambachten en neringen.
Elk jaar van de volledige cyclus moet ten minste 140 lesuren bevatten;
4° de leergangen op universitair niveau van het lange type en met volledig leerplan, welke 's avonds worden gegeven in inrichtingen van hoger onderwijs;
5° de mondelinge A, of B, of C cursussen (en de stages), ingericht overeenkomstig het koninklijk besluit van 23 augustus 1974 betreffende de scholing van de personen die in de landbouw werkzaam zijn, gewijzigd bij (koninklijke besluiten van 12 januari 1975, 3 oktober 1975 en 17 februari 1978) <KB 12-6-1978, art. 2>
Een volledige cyclus moet tenminste 75 lesuren bevatten.
Art.3. (Zie NOTA'S onder opschrift) Niemand kan voor eenzelfde leergangsjaar op meer dan een vergoeding ingevoerd in toepassing van artikel 1, 2° en artikel 5, van voornoemde wet van 1 juli 1963, aanspraak maken.
Art.4. (Zie NOTA'S onder opschrift) Het bedrag van de vergoeding wordt vastgesteld op 60 F per lesuur van de normale cyclus.
(NOTA : Artikel 4 geldig voor het Waals Gewest :
Art. 4. Het bedrag van de vergoeding wordt vastgesteld op (1,49 euro) per lesuur van de normale cyclus. <BWG 2002-01-24/43, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002>)
Art.5. (Zie NOTA'S onder opschrift) Om de uitbetaling te bekomen van de vergoeding bedoeld bij artikel 1 dient de aanvrager in de vorm van het in bijlage gevoegd model, in tweevoud, een schuldvordering in bij het Ministerie van Landbouw (bestuur van land- en tuinbouw), uiterlijk binnen honderdtachtig dagen na de dag waarop het getuigschrift, brevet of diploma werd afgegeven. <KB 12-06-1978, art. 4>
Art.6. (Zie NOTA'S onder opschrift) De bij artikel 5, bedoelde schuldvordering moet vergezeld zijn van volgende documenten:
1° een voor eensluidend verklaard afschrift van het getuigschrift, het brevet of het diploma, waaruit moet blijken dat de belanghebbende met goed gevolg een der onder artikel 2 bedoelde cyclussen van leergangen heeft beëindigd;
2° een verklaring van het gemeentebestuur vaststellende dat belanghebbende in hoedanigheid van zelfstandige of helper werkte in de landbouw over de ganse duur van de door hem voor vergoedingsuitkering ingeroepen leergangen.
(3° voor de leergangen vermeld onder de nummers 1°, 2°, 3° en 4° van artikel 2, een verklaring van het schoolhoofd met vermelding per jaar van het aantal werkelijk gevolgde lesuren en het totaal aantal lesuren van de volledige cyclus) <KB 21-8-1979, art. 2>
Art.7. (Zie NOTA'S onder opschrift) <Opgeheven voor het Waalse Gewest bij DWG 1998-02-05/34, art. 16, Inwerkingtreding : 02-03-1998> De controle op de toepassing van dit besluit wordt verricht door de ambtenaren van het bestuur van land- en tuinbouw van het Ministerie van Landbouw.
Art.8. (Zie NOTA'S onder opschrift) De personen die het voordeel van dit koninklijk besluit genieten komen niet meer in aanmerking voor de vergoeding voor sociale promotie voorzien bij het koninklijk besluit van 1 juli 1965 betreffende de toekenning van een vergoeding voor sociale promotie aan de zelfstandigen en helpers die met goed gevolgd een volledige tot het onderwijs met beperkt leerplan behorende cyclus hebben beëindigd waardoor zij hun beroepskwalificatie kunnen verhogen en de koninklijke besluiten van 24 december 1965, 20 juni 1967, 9 januari 1969 en 14 januari 1970 die het wijzigen.
Art.9. (Zie NOTA'S onder opschrift) Dit besluit treedt in werking op 1 september 1974. De eindestudiegetuigschriften, brevetten of diploma's met een dagtekening van vóór deze datum, of betreffende een studiecyclus waarvan het laatste jaar het schooljaar 1974-1975 voorafgaat, komen niet in aanmerking voor de toepassing van dit besluit.
Art.10. (Zie NOTA'S onder opschrift) Onze Minister van Landbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. N. (Zie NOTA'S onder opschrift) Bijlage. Ministerie van Landbouw. Dienst onderwijs Nr 877.2.
Schuldvordering <Wegens technische redenen is dit formulier niet in het bestand opgenomen. Men kan het terugvinden in het B.St. van 12 augustus 1975.>
Verklaring (van de Burgemeester) <Wegens technische redenen is dit formulier niet in het bestand opgenomen. Men kan het terugvinden in het B.St. van 12 augustus 1975>
(NOTA : Artikel N geldig voor het Waals Gewest :
Art. N. Bijlage. Ministerie van Landbouw. Dienst onderwijs Nr 877.2.
Schuldvordering <Wegens technische redenen is dit formulier niet in het bestand opgenomen. Men kan het terugvinden in het B.St. van 12 augustus 1975.>
Gewijzigd door :
<BWG 2002-01-24/43, art. 7, Inwerkingtreding : 01-01-2002; B.St. 22-02-2002, p. 6847>
Verklaring (van de Burgemeester) <Wegens technische redenen is dit formulier niet in het bestand opgenomen. Men kan het terugvinden in het B.St. van 12 augustus 1975>)
Gewijzigd door :
<BWG 2002-01-24/43, art. 7, Inwerkingtreding : 01-01-2002; B.St. 22-02-2002, p. 6847>