9 APRIL 1975. _ Koninklijk besluit betreffende de betaling van de bijdrage voor jaarlijkse vakantie in het bouwbedrijf. - (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-01-1984 en tekstbijwerking tot 29-06-2001.)
Art. 1-5
Artikel 1. De werkgevers die bijdrageplichtig zijn aan het Fonds voor bestaanszekerheid voor de arbeiders van de bouwnijverheid zijn vrijgesteld van de betaling van het deel van (10,27) pct bedoeld bij artikel 3, § 4, vierde lid van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, gewijzigd door de wet van 28 maart 1975. <KB 2001-06-13/32, art. 7, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2001>
Art.2. De vrijstelling bepaald bij artikel 1 geldt niet voor de ondernemingen die afhangen van het Nationaal Paritair Comité voor het bouwbedrijf en die een rechtspersoon van publiek recht zijn.
Art.3. Het koninklijk besluit van 20 april 1970 betreffende de betaling van de bijdrage voor jaarlijkse vakantie in het bouwbedrijf, wordt opgeheven.
Art.4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van het vakantiedienstjaar 1974. <Zie ook KB 31-3-1977, gewijzigd bij KB 10-3-1978>
Art. 5. Onze Minister van Sociale Voorzorg is belast met de uitvoering van dit besluit.