5 DECEMBER 1973. - Koninklijk besluit besluit tot oprichting en tot vaststelling van de benaming en van de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 05-05-1983 en tekstbijwerking tot 27-11-2018)
Art. 1-3
Artikel 1.<KB 1992-08-05/39, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-09-1992> § 1. Er wordt een paritair comité opgericht, genaamd " Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf ", dat bevoegd is voor de werknemers die hoofdzakelijk handarbeid verrichten en hun werkgevers, waarvan de ondernemingsactiviteiten zijn :
1° de confectie of het vervaardigen van boven- en/of onderkleding voor vrouwen, mannen, meisjes, jongens, waartoe bij wijze van voorbeeld eveneens behoren :
a) regenkleding;
b) kinder- en babykleding;
c) priestergewaden, uniformen;
d) sportkleding, vrijetijdskleding, toneelkleding;
e) kleren van echt of kunstleer, van plastiek of van enige andere stof;
f) vakkleding, beschermende vakkleding, werkkleding, gespecialiseerde werkkleding, beschermingskleding;
g) lingerie, waaronder begrepen corsetten, bustehouders en soortgelijke artikelen;
2° het vervaardigen van orthopedische keurzen, bandages en lingerie, waaronder begrepen gaines, bustehouders en soortgelijke artikelen;
3° de confectie en het vervaardigen van linnengoed, gewatteerde bedspreien en soortgelijke artikelen;
4° de confectie van hoofddeksels, dassen, stoffen handschoenen;
5° de confectie van regenschermen, parasols, tuinparasols;
6° de confectie en het vervaardigen van snuisterijen, bloemen, pluimen, poppen, speelgoed van stof en pluche, en van voeringen, sous-bras en schoudervullingen;
7° het vervaardigen van knopen;
8° de confectie van vlaggen, wimpels, valschermen, zeildoek, zeefdoeken, tentdoeken, dekzeilen, overtreksels, slaapzakken, kampeer- en scoutingmaterieel in textiel of vervangingsstoffen;
9° de confectie en het vervaardigen van gordijnen, rolgordijnen, overgordijnen, lampekappen;
10° het stoppen en verstellen van kledingstukken en stoffen, het point clair werk, het mazen, het machinaal borduren en borduren tegen maakloon, het met de hand kantwerken en beparelen, het hoofdzakelijk plisseren van stoffen voor het maken van kledingstukken;
11° het vervaardigen en/of inprikken van pruiken;
12° het vervaardigen, behandelen, herstellen, onderhouden, handel drijven in, verhuren, plaatsen van tenten;
13° de handel in en/of verhuring van kleding;
14° de kleinhandel in tweedehandskleding;
15° het vervaardigen van voorwerpen of produkten of het verwerken van materialen waarbij ondermeer volgende technieken uit het kleding- en confectiebedrijf hoofdzakelijk worden toegepast : het ontwerpen van patronen, het snijden van patronen, het naaien, het stikken, het strijken, het persen, het overtrekken.
§ 2. Het Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf is bevoegd voor de ondernemingen die de in § 1 vermelde ondernemingsactiviteiten uitoefenen in eigen beheer, in onderaanneming of door uitbesteding.
§ 3. Het Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf is eveneens bevoegd voor de werknemers, tewerkgesteld in ondernemingen waar tegen maakloon of voor eigen rekening werk wordt verricht voor het maken, vervormen, verstellen of pompen van alle kledingstukken en onderdelen.
§ 4. Onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf vallen niet :
1° de ondernemingen voor de confectie of het vervaardigen van beschermingskleding en gespecialiseerde werkkleding en die onder de bevoegdheid van een ander paritair comité vallen;
2° met uitzondering van de in § 3 bedoelde werknemers die zij tewerkstellen, de ondernemingen die kleinhandel drijven in kleding en in tweedehandskleding en die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken of het Paritair Comité voor de warenhuizen;
3° de ondernemingen die vallen onder de bevoegdheid van het [2 Paritair Comité voor de textielnijverheid]2;
4° de ondernemingen die kleren naar maat maken of die kleren ontwerpen met het oog op de uitvoering in een enkel of een beperkt aantal exemplaren.
(5° de ondernemingen gelijkgesteld met ondernemingen die voor rekening van derden uitsluitend logistieke activiteiten uitoefenen zoals bepaald in het bevoegdheidsgebied van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, behalve als deze activiteiten een onlosmakelijk onderdeel vormen van een productie- of handelsactiviteit.) <KB 2007-05-07/39, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 10-06-2007>
----------
(1)<VARIA 2018-04-05/01, art. 1, 005; Inwerkingtreding : 05-04-2018>
(2)<KB 2018-10-11/29, art. 1, 006; Inwerkingtreding : 07-12-2018>
Art.2. <Opheffingsbepaling>
Art. 3. Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.