7 NOVEMBER 1969. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de modaliteiten van neerlegging van de collectieve arbeidsovereenkomsten. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-01-1984 en tekstbijwerking tot 13-12-2001).
§ 1. INLEIDENDE BEPALINGEN.
Art. 1
§ 2. NEERLEGGING VAN DE OVEREENKOMSTEN.
Art. 2-4
§ 3. TOETREDING EN OPZEGGING.
Art. 5-8
§ 4. AFGIFTE VAN AFSCHRIFTEN VAN OVEREENKOMSTEN.
Art. 9
§ 5. SLOTBEPALINGEN.
Art. 10-11
§ 1. INLEIDENDE BEPALINGEN.
Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder :
1° de dienst : de dienst van de collectieve arbeidsbetrekkingen bij het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid;
2° de griffie : de griffie van de dienst van de collectieve arbeidsbetrekkingen.
§ 2. NEERLEGGING VAN DE OVEREENKOMSTEN.
Art.2. Wanneer de overeenkomst in een paritair orgaan wordt aangegaan, wordt zij door de voorzitter neergelegd.
Wanneer de overeenkomst buiten een paritair orgaan wordt aangegaan, wordt zij door de meest gerede partij neergelegd.
Art.3. <KB 1986-10-23/31, art. 1, 002> Wanneer een overeenkomst op het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid wordt neergelegd, wordt zij ter griffie ontvangen.
Na nazicht of aan de wettelijke voorwaarden voldaan is, doet de administrateur-generaal van de dienst of de door hem aangewezen ambtenaar, de overeenkomst registreren en geeft hiervan kennis aan de ondertekenende partijen.
Art.4. <KB 1986-10-23/31, art. 2, 002> Wordt de registratie van een overeenkomst geweigerd, dan worden de redenen hiervan aan de partijen die de overeenkomst hebben ondertekend, door de administrateur-generaal van de dienst of de door hem aangewezen ambtenaar, medegedeeld.
§ 3. TOETREDING EN OPZEGGING.
Art.5. De neerlegging en de registratie van de akte van toetreding tot een overeenkomst geschieden overeenkomstig de bepalingen van art. 3.
Art.6. Van de registratie of van de weigering van de akte van toetreding wordt kennis gegeven aan de organisatie of aan de persoon die neerlegging hiervan heeft gedaan. De redenen waarom toetreding is geweigerd, worden medegedeeld.
Art.7. De neerlegging en de registratie van de akte van opzegging van een overeenkomst geschieden overeenkomstig de bepalingen van artikel 3.
Art.8. Van de registratie of van de weigering van de akte van opzegging wordt kennis gegeven aan de organisatie of aan de persoon die neerlegging hiervan heeft gedaan. De redenen waarom opzegging is geweigerd, worden medegedeeld.
§ 4. AFGIFTE VAN AFSCHRIFTEN VAN OVEREENKOMSTEN.
Art.9. <KB 1991-10-30/32, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 1992-01-01> (De voor eensluidende verklaarde afschriften van de overeenkomst, van de akte van toetreding of van de akte van opzegging) welke regelmatig geregistreerd werden, worden afgeleverd door de dienst tegen betaling van een retributie (waarvan het bedrag is vastgesteld op 1 EUR per bladzijde). <KB 2001-07-13/58, art. 6, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
(Leden 2, 3 en 4 opgeheven.) <KB 2001-11-23/33, art. 1, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2001; ook opgeheven bij KB 2001-07-13/58, art. 6, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
De retributie is te betalen in handen (...) van het daartoe afgevaardigd personeelslid van de dienst. <KB 2001-11-23/33, art. 1, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2001>
(Zij mag ook, voor de uitreiking van de documenten, worden gestort op postrekening nr. 679-2005847-81, Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid, collectieve arbeidsovereenkomsten, Belliardstraat 51, 1040 Brussel.) <KB 2001-11-23/33, art. 1, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2001>
§ 5. SLOTBEPALINGEN.
Art.10. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 11. Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.