5 JUNI 1969. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de maximumprijs per bed die in aanmerking dient genomen voor de toepassing van het koninklijk besluit van 4 juni 1969 betreffende de Staatstussenkomst inzake toelagen aan ondergeschikte besturen, aan instellingen van openbaar nut en aan verenigingen zonder winstoogmerk voor het bouwen van tehuizen voor alleenstaande volwassen gehandicapten, voor de aanpassing met dat doel van bestaande inrichtingen, alsmede voor hun uitrusting en eerste meubilering. (NOTA : Opgeheven voor het Vlaamse regering bij BVR 1994-07-06/43, art. 16; Inwerkingtreding : 01-07-1994) (NOTA : opgeheven voor het Waalse Gewest bij BWG2017-09-21/07, art. 3,2°, 002; Inwerkingtreding : 22-09-2017)(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 06-10-2017 en tekstbijwerking tot 06-10-2017)
Art. 1
Artikel1. De maximumprijs, voorzien bij artikel 3 van het koninklijk besluit van 4 juni 1969 betreffende de Staatstussenkomst inzake toelagen aan ondergeschikte besturen, aan instellingen van openbaar nut en aan verenigingen zonder winstoogmerk voor het bouwen van tehuizen voor alleenstaande volwassen gehandicapten, voor de aanpassing met dat doel van bestaande inrichtingen, alsmede voor hun uitrusting en eerste meubilering is vastgesteld op 355 000 F per bed.
<Dit besluit is opgeheven bij MB 15-12-1972, maar blijft toepasselijk op de overeenkomsten waarvoor een eerste toelagevastlegging werd verleend vóór 1 januari 1973.>