Details





Titel:

12 DECEMBER 1967. - Koninklijk besluit waarbij [Sigedis] belast wordt met het bijhouden van de individuele rekening van de werknemers. <KB2024-03-28/17, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 19-04-2024> en tekstbijwerking tot 14-08-1997)(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 22-12-1989 en tekstbijwerking tot 09-04-2024)



Inhoudstafel:


Art. 1-7



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

1997022566  2024201993 



Artikels:

Artikel 1.[1 De VZW Sigedis, opgericht overeenkomstig artikel 12 van het koninklijk besluit van 12 juni 2006 tot uitvoering van Titel III, hoofdstuk II, van de wet van 23 december 2005 betreffende het generatiepact, hierna "Sigedis" genoemd]1 is belast met het bijhouden van de individuele rekening, bedoeld in artikel 28 van het koninklijk besluit nr 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers.
  (Te dien einde kent zij aan elke werknemer een inschrijvingsnummer toe. (Vanaf 1 januari 1990, geldt het nummer bedoeld in artikel 36, § 1 van de wet van 7 december 1988 houdende hervorming van de inkomstenbelasting en hervorming van de met het zegel gelijkgestelde taksen als inschrijvingsnummer.) <KB 1989-12-15/30, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-01-1990>
  Bij het indiensttreden van een werknemer vraagt de werkgever van deze laatste mededeling van dit (identificatienummer). Indien de werknemer verklaart dit nummer niet te kennen wint de werkgever inlichtingen in bij [1 Sigedis]1. Indien de werknemer verklaart nog niet onderworpen te zijn geweest aan voornoemd koninklijk besluit nr 50 van 24 oktober 1967, vervult de werkgever de formaliteiten voor de inschrijving van de werknemer overeenkomstig de onderrichtingen van bedoelde instelling.) <KB 09-12-1968, art. 16.>
  ----------
  (1)<KB 2024-03-28/17, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 19-04-2024>

Art.2.[1 Sigedis]1 reikt, in de loop van het vierde kwartaal van elk jaar, aan de werknemer een uittreksel uit zijn individuele rekening van vorig jaar uit. De rekeninguittreksels van de jaren vóór 1968 die nog niet aan de betrokkene werden overgemaakt, worden hem geleidelijk naar mate van de administratieve mogelijkheden, uitgereikt.
  ----------
  (1)<KB 2024-03-28/17, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 19-04-2024>

Art.3. <KB 1997-07-08/40, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-07-1997> Het Beheerscomité van de Rijksdienst voor pensioenen duidt, voor een periode van vier jaar, die hernieuwbaar is, onder de personeelsleden van de instelling een bestendig afgevaardigde aan die als uitsluitende opdracht heeft het beheer, zowel kwantitatief als kwalitatief, van de individuele rekening op te volgen. De bestendig afgevaardigde is onder het rechtstreeks gezag van de Administrateur-generaal geplaatst en blijft onderworpen aan het statuut dat geldt voor het personeel van de Rijksdienst. Hij bezorgt elk trimester aan het Beheerscomité van de Rijksdienst een verslag over zijn werkzaamheden en is ertoe gehouden zonder uitstel elk feit te melden dat van aard is de uitvoering van de opdrachten, waarover de controle hem is toevertrouwd, te bezwaren of te vertragen. Het Beheerscomité verleent aan de bestendig afgevaardigde een vergoeding, die vervat is in de terug te betalen kosten voorzien in artikel 4 van dit besluit.

Art.4.Op basis van een overeenkomst tussen de Rijksdienst voor werknemerspensioenen en [1 Sigedis]1, worden de kosten van bijhouden der individuele rekening aan [1 Sigedis]1 terugbetaald door de Rijksdienst.
  ----------
  (1)<KB 2024-03-28/17, art. 4, 004; Inwerkingtreding : 19-04-2024>



Art.5. Het koninklijk besluit van 9 mei 1959, waarbij de Algemene Spaar- en Lijfrentekas wordt belast met het bijhouden van de individuele rekening, bedoeld in artikel 2, § 1, van de wet van 21 mei 1955 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor arbeiders, is opgeheven.

Art.6. Dit besluit heeft uitwerking op 1 januari 1968.

Art. 7. Onze Minister van Sociale Voorzorg is belast met de uitvoering van dit besluit.