Details



Externe links:

Justel
Reflex

Overzicht pdf



Titel:

5 JUNI 1928. - Wet houdende herziening van het Tucht- en Strafwetboek voor de koopvaardij en de zeevisscherij. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 03-08-1995 en tekstbijwerking tot 01-08-2019)



Inhoudstafel:

Inleidende bepalingen.
Art. 1-5
TITEL I. - Strafbepalingen.
HOOFDSTUK I. - Straffen.
Art. 6-8
HOOFDSTUK II. - Misdrijven en bestraffing.
Afdeling I. - Vergrijpen tegen de tucht.
Art. 9
Afdeling II. - Scheepvaartmisdaden en -wanbedrijven.
Art. 10-45, 45bis, 46-70
TITEL II. - Rechtsmacht.
HOOFDSTUK I. - Rechtsmacht in tuchtzaken.
Art. 71-72
HOOFDSTUK II. - <W 1997-10-21/30, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 07-12-1997> Rechtsmacht inzake scheepvaartmisdaden en -wanbedrijven.
Art. 73-75
TITEL III. - Rechtspleging.
HOOFDSTUK I. - Rechtspleging inzake vergrijpen tegen de tucht.
Art. 76
HOOFDSTUK II. - <W 1997-10-21/30, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 07-12-1997> Rechtspleging inzake scheepvaartmisdaden en -wanbedrijven.
Art. 77-83
Bijzondere bepalingen.
Art. 84-88



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

  1995022258  2018204737 



Artikels:

Inleidende bepalingen.
Artikel 1.<W 1997-10-21/30, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 07-12-1997> De feiten die dit wetboek strafbaar stelt, zijn scheepvaartmisdrijven.
  [1 ...]1
  Feiten waarop het correctionele straffen stelt, zijn wanbedrijven.
  Feiten waarop het criminele straffen stelt, zijn misdaden.
  ----------
  (1)<W 2019-05-08/14, art. 21, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.2.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 22, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.3.<W 1997-10-21/30, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 07-12-1997> De bepalingen van dit wetboek zijn van toepassing op ieder die is ingeschreven op de monsterrol van een Belgisch koopvaardijschip of vissersvaartuig of die aan boord is toegelaten om de reis mee te maken.
  Op de ingeschrevenen op de monsterrol zijn zij van toepassing vanaf het tijdstip vastgesteld voor de aanvang van hun dienst aan boord tot en met hun afmonstering.
  [1 ...]1
  Ingeval het schip verloren gaat door schipbreuk, oorlogsgeweld of enige andere oorzaak, blijven de personen bedoeld in het tweede lid van dit artikel aan deze rechtsregeling onderworpen, totdat zij ter beschikking van een Belgische autoriteit kunnen worden gesteld.
  Hetzelfde geldt voor degenen die op bevel van een Belgische autoriteit ingescheept worden om gerepatrieerd te worden.
  In afwijking van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel, zijn de straffen, gesteld bij [1 artikel 57]1, toepasselijk op ieder die schuldig is aan de aldaar omschreven misdrijven.
  ----------
  (1)<W 2019-05-08/14, art. 23, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.4.<W 1997-10-21/30, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 07-12-1997> Voor de toepassing van dit wetboek wordt verstaan onder:
  "kapitein": ieder aan wie het gezag over het schip is toevertrouwd of die dat gezag feitelijk voert;
  "officieren": benevens de stuurman, de luitenants en de werktuigkundigen, de hoofdadministrateurs, de scheepsarts, de radiotelegrafisten, alsmede ieder die als officier op de monsterrol is ingeschreven;
  "schepelingen" of "bemanning": zij die op de monsterrol ingeschreven zijn, officieren inbegrepen;
  [1 ...]1
  [1 ...]1
  [1 ...]1
  [1 ...]1
  [1 ...]1
  [1 ...]1
  ----------
  (1)<W 2019-05-08/14, art. 24, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.5.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 25, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

TITEL I. - Strafbepalingen.
HOOFDSTUK I. - Straffen.
Art.6.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 25, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.7. <W 1997-10-21/30, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 07-12-1997> De correctionele straffen zijn gevangenisstraf van acht dagen tot vijf jaar en geldboete van ten minste zesentwintig frank.

Art.8. <W 1997-10-21/30, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 07-12-1997> De criminele straffen zijn de straffen genoemd in artikel 7 van het Strafwetboek.

HOOFDSTUK II. - Misdrijven en bestraffing.
Afdeling I. - Vergrijpen tegen de tucht.
Art.9.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Afdeling II. - Scheepvaartmisdaden en -wanbedrijven.
Art.10.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.11.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.12.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.13.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.14.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.15.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.16.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.17.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.18.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.19.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.20.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.21. (Opgeheven) <W 2006-05-15/38, art. 10, 005; Inwerkingtreding : 18-06-2006>

Art.22.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.23.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.24.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.25. (Opgeheven) <W 2006-05-15/38, art. 10, 005; Inwerkingtreding : 18-06-2006>

Art.26.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.27.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.28.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.29.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.30.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.31.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.32.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.33.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.34.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.35.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.36.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.37.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.38.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.39.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.40.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.41.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.42.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.43.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.44.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.45.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art. 45bis.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.46.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.47.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.48.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.49.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.50.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.51.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 26, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.52.<W 1997-10-21/30, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 07-12-1997> De kapitein of schepeling die de wetten en verordeningen betreffende de politie over de zeevaart overtreedt, wordt gestraft met gevangenisstraf van drie dagen tot drie maanden en met geldboete van zesentwintig frank tot driehonderd frank of met een van die straffen alleen, onverminderd de zwaardere straffen bij bijzondere wetten gesteld.
  [1 Dit artikel is niet van toepassing op de federale wetten en verordeningen inzake zeevaartpolitie.]1
  ----------
  (1)<W 2019-05-08/14, art. 27, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.53.<W 1997-10-21/30, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 07-12-1997> Met dezelfde straffen wordt gestraft de kapitein of de wachthebbende officier, die zich schuldig maakt aan overtreding van de wetten en verordeningen betreffende de veiligheid van de scheepvaart, onverminderd de zwaardere straffen bij bijzondere wetten gesteld.
  [1 Dit artikel is niet van toepassing op de federale wetten en verordeningen inzake zeevaartpolitie.]1
  ----------
  (1)<W 2019-05-08/14, art. 28, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.54. <W 1997-10-21/30, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 07-12-1997> De loods die zich schuldig maakt aan een misdrijf als omschreven in de artikelen 52 en 53, wordt gestraft met de aldaar gestelde straffen.

Art.55.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 29, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.56.<W 1997-10-21/30, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 07-12-1997> De kapitein van een vreemd schip, die zich in de wateren van het Rijk schuldig maakt aan een misdrijf als omschreven [1 in artikel 52]1, wordt gestraft met de aldaar gestelde straffen.
  ----------
  (1)<W 2019-05-08/14, art. 30, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.57. <W 1997-10-21/30, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 07-12-1997> Met gevangenisstraf van acht dagen tot een maand en met geldboete van zesentwintig frank tot vijfhonderd frank of met een van die straffen alleen wordt gestraft hij die, door gebrek aan voorzichtigheid of voorzorg, de vernieling, beschadiging, verplaatsing of losrukking veroorzaakt van bakens, lichten of boeien of van enig ander toestel dat dient voor de veiligheid van de scheepvaart.
  Worden de feiten opzettelijk gepleegd, dan wordt de schuldige gestraft met de straffen gesteld bij artikel 526 van het Strafwetboek.
  Verzuimt de schuldige aan de bevoegde overheid zo spoedig mogelijk kennis te geven van de veroorzaakte schade, dan is de gevangenisstraf ten minste vijftien dagen en de geldboete ten minste tweehonderd frank.
  Onverminderd het hierboven bepaalde, worden de vernielde, beschadigde, meegesleepte, verplaatste of losgerukte bakens, lichten, boeien of andere toestellen als daar bedoeld, vervangen op kosten van de vermoedelijke schuldigen, tenzij deze bewijzen dat de schade te wijten is aan overmacht.

Art.58.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 31, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.59.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 31, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.60.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 31, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.61.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 31, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.62.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 31, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.63.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 31, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.64.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 31, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.65.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 31, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.66.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 31, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.67.<W 1997-10-21/30, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 07-12-1997> De [2 ...]2 loods die, belast met het voeren van een schip, het met misdadig opzet doet stranden, vernielt of doet verloren gaan, of zwaar beschadigt anders dan door brandstichting, wordt gestraft met de straffen gesteld bij de artikelen 510, 511, 513, 514 en 518 van het Strafwetboek, volgens de aldaar gemaakte onderscheidingen.
  [2 ...]2
  De straffen, bij artikel 510 van het Strafwetboek gesteld, zijn toepasselijk op degenen die uit handelingen als omschreven in het eerste lid van dit artikel voordeel trekken, wetende dat die handelingen opzettelijk zijn gepleegd.
  De straffen, bij artikel 516 van het Strafwetboek gesteld, zijn toepasselijk op hen die met misdadig opzet handelingen als omschreven in het eerste en tweede lid van dit artikel uitlokken of ertoe aanzetten.
  ----------
  (1)<W 2016-02-05/11, art. 32, 011; Inwerkingtreding : 29-02-2016>
  (2)<W 2019-05-08/14, art. 32, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.68.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 33, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.69.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 33, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.70.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 33, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

TITEL II. - Rechtsmacht.
HOOFDSTUK I. - Rechtsmacht in tuchtzaken.
Art.71.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 33, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.72.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 33, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

HOOFDSTUK II. - Rechtsmacht inzake scheepvaartmisdaden en -wanbedrijven.
Art.73.[1 Artikel 4.3.3.2, paragrafen 1, 2 en 4, en artikel 4.3.3.3 van het Belgisch Scheepvaartwetboek zijn op een in deze wet omschreven misdaad of wanbedrijf van overeenkomstige toepassing.]1
  ----------
  (1)<W 2019-05-08/14, art. 34, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.74.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 35, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.75.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 35, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

TITEL III. - Rechtspleging.
HOOFDSTUK I. - Rechtspleging inzake vergrijpen tegen de tucht.
Art.76.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 35, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

HOOFDSTUK II. - Rechtspleging inzake scheepvaartmisdaden en -wanbedrijven.
Art.77.<W 1997-10-21/30, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 07-12-1997> Wanneer gedurende de reis [1 een in deze wet omschreven misdaad of wanbedrijf]1 wordt gepleegd, stelt de kapitein, bijgestaan door de rapporterende officier, een summier vooronderzoek in en hoort de getuigen.
  Van een en ander wordt een proces-verbaal opgemaakt, dat wordt ondertekend door de kapitein en de rapporterende officier en vermeld in het scheepsdagboek.
  Het aldus opgemaakte proces-verbaal heeft bewijskracht, behoudens tegenbewijs.
  ----------
  (1)<W 2019-05-08/14, art. 36, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.78.[1 Onder voorbehoud van de artikel en 77 en 81, is artikel 4.2.3.2. van het Belgisch Scheepvaartwetboek op een in deze wet omschreven misdaad of wanbedrijf van overeenkomstige toepassing.]1
  ----------
  (1)<W 2019-05-08/14, art. 37, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.79.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 38, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.80.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 38, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.81.<W 1997-10-21/30, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 07-12-1997> De consuls en (de met de politie te water belaste hoofden van de federale politie) (...) maken akte op van de verschijning van de kapitein en van zijn verklaringen; hun processen-verbaal hebben bewijskracht, behoudens tegenbewijs. <Rekening houdend met de impliciete wijziging bij artikel 259 van de wet van 19 mei 1960, het eerste lid gewijzigd bij de artikelen 2 en 5, 14° van deze wet.> <W 1999-05-03/30, art. 45, 006; Inwerkingtreding : 01-04-1999>
  [1 ...]1
  (lid opgeheven) <W 1997-10-21/30, art. 5, 005; Inwerkingtreding : 07-12-1997>
  [1 ...]1
  ----------
  (1)<W 2019-05-08/14, art. 39, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.82.[1 De artikel en 4.3.3.6. en 4.3.3.7 van het Belgisch Scheepvaartwetboek zijn op een in deze wet omschreven misdaad of wanbedrijf van overeenkomstige toepassing.]1
  ----------
  (1)<W 2019-05-08/14, art. 40, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.83.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 41, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Bijzondere bepalingen.
Art.84.<W 1997-10-21/30, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 07-12-1997> Voor zover in deze wet niet anders is bepaald, zijn alle bepalingen van boek I van het Strafwetboek toepasselijk op [1 de in deze wet omschreven scheepvaartmisdrijven]1.
  [1 ...]1
  ----------
  (1)<W 2019-05-08/14, art. 42, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.85.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 43, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.86.
  <Opgeheven bij W 2019-05-08/14, art. 43, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.87.<W 1997-10-21/30, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 07-12-1997> [1 De in deze wet omschreven scheepvaartmisdaden en scheepvaartwanbedrijven]1 verjaren door verloop van onderscheidenlijk tien jaar en vijf jaar, te rekenen van de dag van het misdrijf, volgens de regels vastgesteld bij artikel 21 van de wet van 17 april 1878.
  [1 ...]1
  ----------
  (1)<W 2019-05-08/14, art. 44, 013; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art. 88. <W 1997-10-21/30, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 07-12-1997> Opgeheven worden de wetten van 21 juni 1849 houdende het Tucht- en Strafwetboek voor de Koopvaardij en Zeevisserij; de wetten van 13 april 1851 en 23 mei 1854; de wet van 26 juni 1889 ter beteugeling van buitensporigheden van runners en van het rondventen van sterkedrank aan boord van zeeschepen, alsmede het tweede en derde lid van artikel 6 van de wet van 30 juli 1926 tot wijziging van voornoemde wet van 1849; de wet van 28 juli 1923 tot beteugeling van het tersluiks inschepen van personen; het derde, vierde en vijfde lid van artikel 255 van boek II van het Wetboek van Koophandel; het tweede lid van artikel 265 van boek II van hetzelfde wetboek; de artikelen 17 en 18 van de wet van 20 september 1903 op de zeebrieven; het eerste en tweede lid van artikel 138 van de wet van 31 december 1851 op de consulaten en de consulaire rechtsmacht; de wet van 27 mei 1890 betreffende het uitoefenen van het beroep van schipper ter visserij.