22 AUGUSTUS 1901. - Wet waarbij gewijzigd wordt artikel 13 van het decreet van 16 December 1811, op de mosselvangst.
Art. 1-7
Artikel 1. Zullen gestraft worden met eene boete van 5 tot 25 frank en met eene gevangenzitting van één tot zeven dagen of met slechts ééne dezer straffen, onverminderd, desgevallende, de andere straffen jegens de vreemdelingen, verordend door de wet van 19 Augustus 1891 op de zeevischvangst in de territoriale waters, zij die, door middel van welk gereedschap ook en zonder machtiging, mosselen, mosselzaad, schelpslakken of andere zeeproducten zullen gevischt of gezocht hebben op de werken die van de kust en hare havens afhangen.
Art.2. In geval van herhaling, zullen de overtreders veroordeeld worden tot boete en gevangenisstraf gezamenlijk.
Er bestaat herhaling wanneer, in den loop der twee vorige jaren, de overtreder veroordeeld is geweest uit hoofde van een der wanbedrijven voorzien hetzij bij deze wet hetzij bij het eerste artikel der voormelde wet van 19 Augustus 1891.
Art.3. Zullen worden gestraft met dezelfde straffen als die voorzien bij de artikelen 1 en 2 hierboven, zij die deel hebben genomen aan de overtreding door een der middelen aangeduid in §§ 2, 3 en 4 van artikel 66 en in artikel 67 van het Strafwetboek.
Art.4. Een Koninklijk besluit zal de voorwaarden vaststellen volgens welke de machtiging, in het eerste artikel bedoeld, mag verleend worden.
Art.5. Behalve de officieren der rechterlijke politie belast met het opzoeken en vaststellen der overtredingen van gemeen recht, zullen de gecommissionneerde kapiteins bevelvoerders op 's Staatsschepen, de zee-commissarissen en hunne agenten, de beambten en bedienden van het tolwezen en die van bruggen en -wegen, alsook de gendarmerie, de misdrijven, voorzien bij de artikelen 1, 2 en 3 van deze wet, opzoeken en vaststellen bij processen-verbaal die als bewijs zullen gelden totdat het tegendeel bewezen zij.
Art.6. De booten en het gereedschap door de overtreders gebruikt, zullen in beslag worden genomen, in eene naburige Belgische haven gebracht en aan den zee-commissaris overgeleverd worden, of, indien er geen commissariaat bestaat, aan het tolwezen of aan de gemeenteoverheid.
Nochtans zullen de booten en het gereedschap er niet gebracht of niet meer teruggehouden worden, indien, in handen van den agent die proces-verbaal heeft opgemaakt, ofwel van de overheid wie de voorwerpen werden aangebracht, een borgtocht wordt gestort van 200 frank die geconsigneerd zal worden ten kantore der verschillige middelen binnen welks gebied de bevoegde rechtbank haren zetel heeft.
Worden de beschuldigden vrijgesproken, of is, door verjaring of wegens eene andere reden, de openbare rechtsvordering vervallen, dan zal de borgtocht worden teruggegeven.
In geval van veroordeeling, zal, na betaling hetzij der boete en kosten, hetzij alleenlijk der kosten, indien het eene voorwaardelijke veroordeeling geldt, de borgtocht geheel worden teruggegeven. Bij gebreke van betaling zal hij, drie maanden na beteekening van het eindvonnis, terug worden gegeven na aftrek van het beloop dier geldelijke straffen.
Bij gebreke van storting van voormelden borgtocht, zullen de in beslag genomen boot en gereedschap teruggehouden worden tot volledige betaling der verschuldigde boete en der kosten waartoe de overtreders veroordeeld geweest zijn, en de openbare verkooping ervan zal gedaan worden door den ontvanger der domeinen, indien de veroordeelden niet alles afbetaald hebben binnen voorzegden termijn van drie maanden.
In dit geval zal het deel van den verkoopprijs, dat het beloop der aan de schatkist verschuldigde som overtreft, aan den eigenaar der verkochte voorwerpen worden terugbetaald.
De Staat zal niet verantwoordelijk zijn wegens om 't even welke averij, wegens vernietiging of verlies van de in beslag genomen booten en gereedschap, uitgenomen in geval van bewezen fout welke aan zijne agenten toe te schrijven is.
Art. 7. Wordt afgeschaft, artikel 13 van het decreet van 16 December 1811 houdende reglement van politie der polders in de departementen der Schelde, der Scheldemonden, der Lei, der twee Nethen, enz.